Basisprincipes scherptediepte in fotografie

Hoewel een foto een plat beeld is hebben we wanneer we naar een foto kijken toch de indruk dat we er diepte in zien. Dit komt doordat je binnen de fotografie onder andere met de scherptediepte in de foto kunt spelen. Scherptediepte is een belangrijk begrip dat binnen elke fotografie cursus ter sprake zal komen. We zullen hier alvast kort bespreken wat scherptediepte is en we zullen ingaan op de basisprincipes van scherptediepte.

Wat wordt er bedoeld met scherptediepte?
Met scherptediepte wordt de grootte van het gebied op de foto bedoeld waarin alles scherp in beeld is. Wanneer je bijvoorbeeld scherp stelt op een persoon in een foto zal vaak ook een gedeelte in de foto voor die persoon en achter die persoon scherp in beeld zijn, andere gedeelten die verder weg zijn gelegen van het centrale focuspunt in je foto zullen minder scherp in beeld zijn. Bij een kleine scherptediepte staat het onderwerp van je foto scherp op de voorgrond, terwijl de achtergrond onscherp is. Op deze manier kun je het onderwerp als het ware los laten komen van de achtergrond. Bij een grote scherptediepte zal een veel groter deel van de foto scherp in beeld zijn. Met scherptediepte kun je dus afstand simuleren door te spelen met de scherpe en onscherpe elementen in de foto.

Basisprincipes scherptediepte
Wanneer je wilt gaan experimenteren met scherptediepte moet je met drie aspecten rekening houden, namelijk met de diafragma-instelling, de soort lens en de afstand tot het onderwerp.

Diafragma
Met het diafragma kun je bepalen hoeveel licht je op de sensor van je digitale camera laat vallen. Een belangrijke regel met betrekking tot scherptediepte is: hoe meer je het diafragma sluit, hoe groter de scherptediepte in je foto. De diafragma-instelling wordt aangegeven met een f-getal. Hoe groter het f-getal, hoe kleiner de diafragma-opening. Dit betekent dus een grotere scherptediepte in je foto. Een diafragma-instelling van bijvoorbeeld f/2.8 zorgt voor een kleine scherptediepte in de foto, terwijl een diafragma-instelling van f/8.0 voor een grote scherptediepte zorgt.

Soort lens
Binnen de fotografie kunnen we onder andere een onderscheid maken tussen groothoeklenzen en telelenzen. Een groothoeklens is een lens met een korte brandpuntafstand. Dit wil zeggen dat de afstand tussen de sensor en de lens heel kort is. Deze lens is vooral geschikt voor het fotograferen van landschappen, omdat je hiermee gemakkelijk grote gedeeltes van de foto scherp in beeld kunt krijgen. Met een groothoeklens kun je dus een grote scherptediepte creëren. Een telelens is een lens met een grote brandpuntafstand. Dit betekent dat de afstand tussen de sensor en de lens groot is. Met een telelens kun je gemakkelijk de aandacht op je onderwerp richten door de achtergrond onscherp te maken. Het effect hiervan is dat je foto vlakker lijkt. Met een telelens krijg je dan ook minder scherptediepte in je foto. Een telelens wordt veel gebruikt in de portretfotografie of in de natuurfotografie om bijvoorbeeld een wild dier op afstand dichterbij te halen.

Afstand tot het onderwerp
Verder speelt ook de afstand tot het onderwerp dat je wilt fotograferen een belangrijke rol in de mate van scherptediepte die je kunt creëren. Wanneer je dicht bij het onderwerp staat, zul je minder scherptediepte in je foto krijgen, dan wanneer je verder van het onderwerp af staat.

Comments

comments

© Copyright Fotografie Academie